woensdag 6 november 2013

Festivalverslag Iceland Airwaves 2013 - dag 2

Op deze tweede dag stond er heel wat op het programma, maar hetgeen dat het meeste tot de verbeelding sprak was ongetwijfeld het optreden van Ólafur Arnalds samen met zanger Arnór Dan Arnarson en het Icelandic Symphonic Orchestra. Maar ook Diana, Vök, Hjaltalín en Jagwar Ma mochten hun opwachting maken.

Het eerste optreden stond al geprogrammeerd om 12 uur 's middags en werd verzorgd door de IJslandse band Árstidir. Akoestische neofolk, gekenmerkt door de prachtige samenzang tussen de zes heren. Een optreden om in te kaderen was het, zeker toen het zestal de instrumenten liet voor wat ze waren en a capella verder ging. Daarna vonden we onze weg naar de universiteitsbuurt waar in de studentakjallarinn een optreden van Diana plaats had. Na even zoeken vonden we de toffe, bruine kroeg en staken de Canadezen, die met 'Born Again' hier al een single van de week scoorden, van wal. We omschreven hen toen als "Jong, hip en Canadees" en dat waren ze ook. Verbluffende elektronica en mooie zang van Carmen Elle zorgden voor een gesmaakt optreden, alleen jammer dat lang niet alle nummers van hetzelfde niveau waren.

Op aangeven van een nieuwe IJslandse vriend gingen we de jonge, nieuwe band Vök gaan bekijken in een hotel aan de haven. Dit duo, dat voor de  live-optredens een trio werd, heeft dit jaar het plaatselijk rockconcours gewonnen (voorgangers waren oa Of Monsters and Men, nvdr) en dat was precies niet gestolen. Ze deden ons een beetje denken aan The XX, maar dan op zijn IJslands, met wat natuurgeluiden er doorheen, we schaften ons prompt hun debuut-EP aan, en het moet gezegd, straf spul (de recensie mag u hier binnen afzienbare tijd verwachten). In het zelfde hotel was het een uur later de beurt aan reggaeband Ojba Rasta. Aan elkaar geschreven, is het IJslands voor afschuwelijk eten, toch konden we de noten die uit hun boom vielen wel smaken, ook al zijn we geen rastafari. Misschien wel daarom dat het ons niet het hele optreden kon boeien.

Om zeven uur trokken we dan met toegangsbewijsje in de hand (voor sommige, exclusieve dingen moet je bijbetalen) naar de operahal voor het optreden van Ólafur Arnalds. Ook de openingsact, verzorgd door het IJslandse symfonieorkest, mocht er best wezen. Ze brachten hun eigen interpretatie van de vier seizoenen van Vivaldi en we genoten uitermate van deze uitvoering. Na de intermissie maakte klassiek plaats voor neoklassiek en kwam Ólafur Arnalds het podium opgekropen, met zijn band en in de achtergrond het orkest. Ólafur sprak het publiek aan in het IJslands en kwam na een vijftal minuten tot de conclusie dat vijfenzeventig procent van de mensen hem niet begreep. Hij ging dan in wat stuntelig Engels verder en vroeg net als altijd aan het publiek om even de grondtoon van het eerste nummer te zingen.

Iedereen was aan zijn stoel gekluisterd en je kon een speld horen vallen in de zaal. Topnummers zoals "Hands be still" en "Only the winds" passeerden de revue en kenden een mede dankzij de begeleiding van een volledig concert klonk het geheel veel voller en overweldigender. Op het einde kwam zanger Arnór Dan (die we kennen van Agent Fresco) het podium opgewandeld, wat betekende dat er heel wat nummers van de nieuwe plaat 'For Now I Am Winter' zouden gaan volgen. Met het gelijknamige nummer toonde Arnór meteen zijn klasse als zanger en natuurlijk hoorden we ook een geweldig "Old Skin". Eerst liep het nog mis bij dat nummer, wat precies weten we niet, maar om een bepaalde reden viel Arnór te laat in. Bij de tweede poging liep het dan gelukkig wel gesmeerd en kregen de muzikanten een welverdiende staande ovatie. Het bisnummer was traditiegetrouw "Lag fyrir ömmu", waarbij Ólafur zijn ouders in het publiek aansprak en een heel emotionele versie van het lied volgde. Een van de beste optredens tijdens deze Airwaves.

Natuurlijk viel er na Ólafur ook nog heel wat te beleven zoals het optreden van Hjaltalín. De nieuwe cd van deze IJslanders, 'Enter 4', behoort tot de absolute toppers van het afgelopen jaar en ook live konden ze absoluut bekoren. Er werd afgetrapt met "A Crack in a Stone" (Single van de week) meteen viel op dat deze band er eentje is dat nooit zal teleurstellen. Goede songs, prachtig uitgevoerd en een présence om u tegen te zeggen. Ook het publiek kon het smaken, zeker toen zangeres Sigridur Thorlacius het nummer 'Halo' van Beyoncé coverde, ging het dak er af. Wanneer komen deze mensen eens naar België?

Na het geweldige optreden van Hjaltalín trokken we naar Idnó, een klein huisje aan Tjörnin (een meer in het centrum van Reykjavík, nvdr.) voor het optreden van Stealing Sheep. Deze Britse meidengroep bood een goede afsluiter van de dag, stelden niet teleur met hun dromerige indiepop en kwamen bij wijlen heel grappig uit de hoek. Goed optreden dus, niet top, maar zeker een band die we nog eens willen zien.

Aron

Geen opmerkingen:

Een reactie posten