zaterdag 20 oktober 2012

Cd-review: Ellie Goulding - Halcyon


Ellie Goulding – Halcyon

Wij konden maar niet genoeg krijgen van de vorige plaat van Ellie Goulding, Bright Lights, het spreekt dus voor zich dat we reikhalzend uitkeken naar een vervolg. Dat vervolg is er nu gekomen en heet Halcyon en wat blijkt nu? Goulding heeft weer een prachtplaat afgeleverd.

Ellie Goulding leek een gouden toekomst beschoren en lange tijd leek ze de wind in de zeilen te hebben. In 2009 sleepte ze de Critics’ Brit Choice Awards in de wacht en in 2010 werd ze door de BBC gezien als de ‘Sound of 2010’. Dat alles verhinderde niet dat Goulding na verloop van tijd gelabeld werd als ‘New Boring’. Een imago dat ze nu van zich lijkt af te schudden in Halcyon. Waar de vorige plaat grossierde in vrolijke tunes en speelse melodieën, is Halcyon zwaarder en iets moeilijker te verwerken

Dat zie je al aan het eerste nummer ‘Don’t Say a Word’ dat begint met een intrigerend synthgeluid en Goulding die wat klanken produceert, maar plots ontploft als de drums van wal steken, op dat moment gaat ook het tempo de hoogte in en begint Goulding met haar gekende, frêle stem te zingen. Een fantastisch begin van Halcyon. Van ‘My blood’, het tweede nummer op de plaat, zijn we behoorlijk wild, je hebt het gevoel in Gouldings hoofd te zitten terwijl ze een analyse van zichzelf en haar situatie lijkt te maken.

Goulding wou in Halcyon komaf maken met haar ex-vriend en dat wordt duidelijk in het kwartet ‘Anything could Happen’, ‘Only you’, ‘Halcyon’ en ‘Figure 8’. Vier up-temponummers waarbij Goulding teruggrijpt naar ‘Bright Lights’. In ‘Anything Could Happen’ klaagt de zangeres aan dat ze te veel geheimen voor elkaar hebben en zegt ze haar vrees voor wat zal komen vaarwel. ‘Only You’ beschrijft hoe Goulding haar verdriet probeert te verwerken door eerst haar overgave voor haar ex te verklaren om daarna te vertellen wat ze van hem vindt en hoe ze hem te boven is gekomen. ‘Figure 8’ dan, springt in het oog omdat het begint zoals ‘Don’t Say a Word’, maar je minder lang op je honger laat zitten.

Het lied ‘Halcyon’ is een metafoor, zoals de hele plaat, voor het feit dat ze rust heeft gevonden. Een Halcyon is immers een vogel uit de Griekse mythologie die een nest bouwt op zee en de Grieken geloofden dat de vogel de zee tot rust bracht. Deze mythe heeft ertoe geleid dat Halcyon een synoniem is geworden voor rust en kalmte. In dit lied komt Goulding dus tot rust. Ze doet dit door de slechte punten van haar ex op te noemen en probeert zo te verklaren waarom er een einde kwam aan haar relatie.

De zangeres is op Halcyon een licht andere koers gaan varen, maar grijpt toch nog vaak terug naar haar aloude gekende sound en daar zijn we blij om. ‘Lights’, Gouldings nieuwe hit, dat vreemd genoeg ook al op haar vorige plaat stond, is daar het beste bewijs van. Je kan je dan bedenkingen maken bij deze vreemde vorm van recyclage, maar dit nummer past echt wel op deze plaat, Goulding heeft het licht gevonden. Kortom, Goulding heeft zichzelf niet overtroffen, maar dat neemt niet weg dat ze met Halcyon alweer een fantastische plaat afgeleverd heeft.


Aron

Single van de week (2)


Een tweede single van de week, 'All I Want' van Kodaline, en eentje met potentieel volgens ons. Een heel mooi, zacht rocknummer, vergezeld van een emotionele clip, dat ook nog eens mooi openbreekt naar het einde toe. Geef het een kans zou ik zeggen!

vrijdag 19 oktober 2012

Dave


Gisteren vond op het filmfestival van Gent de première plaats van Dave, een film over David Bowie gemaakt door de Stephen en David Dewaele, in samenwerking met regisseur Wim Reygaert. In de aanwezigheid van onder andere de Soulwax-broers en hoofdrolspeelster Hannelore Knuts genoot het publiek merkbaar van deze toch wel buitengewone ode aan één van de meest invloedrijke artiesten aller tijden.

Verwacht zeker geen gewone documentaire of concertfilm, nee, de broertjes hebben er iets heel speciaals van gemaakt. Het startpunt was een mixtape vol (vaak remixen van) nummers van Bowie, nummers die hij producete, of andere nummers waar hij altijd wel iets mee te maken had. In het 60 minuten durende eerbetoon aan Bowie onderneemt Hannelore Knuts als de Thin White Duke (één van de alter ego's van Bowie) een soort van tijdreis doorheen de carrière van de rockster, waarin ongeveer elk detail op één of andere manier wel naar Bowie verwijst. Op een heel originele manier wordt de kijker meegesleurd in deze trip, waarbij onder andere zijn vele platenhoezen op een heel leuke manier tot leven komen.

Een heel geslaagd experiment vonden wij, anders dan gelijk welke muziekfilm die ooit gemaakt is, en een sterke aanrader, zowel voor de die hard Bowie fan als voor de muziekliefhebber in het algemeen.


Concertverslag: A Winged Victory For The Sullen + Olafur Arnalds + Nils Frahm ('t Stuk, Leuven)





Naar aanleiding van de 5de verjaardag van Erased Tapes (het label van onder andere Peter Broderick, Codes in de Clouds en onderstaande artiesten), touren vier van de grootste namen in het neo-klassieke genre samen door Europa. Twee avonden (16-17/10) daarvan, waarvan de laatste met Chamber Orchestra, waren bestemd voor België. De labozaal van 't Stuk in Leuven werd de ideale locatie om deze drie minimalistische artiesten te beluisteren. Aangezien de twee avonden uitverkocht raakten, werden er zitkussens op de grond geplaatst vlak voor het podium, wat zorgde voor een leuke, gezellige sfeer . Welnu, ze zijn het laatste jaar wel meermaals apart of deels samen naar België gekomen, maar deze avond werd iets heel aparts...


A Winged Victory For The Sullen + Chamber Orchestra

De band van componist Dustin O'Halloran en Adam Wiltzie (Stars of the Lid) werd dus vervoegd door het Brussels Chamber Orchestra. Zij zorgden voor een mix van nummers van hun enige plaat en enkele gelegenheidsnummers. Via een intronummer gingen ze naar We Played Some Open Chords, waarmee ze het publiek al meteen bij de keel vastgrepen. Het viel heel de set lang op hoe de strijkers veel dominanter waren dan op cd, waardoor elke laag hoorbaarder werd, hoewel het concept lagen bij minimalistische muziek eerder paradoxaal klinkt. Heel simpele beeldprojecties en enkele spots wiens licht weerkaatst werd door de rook zorgden voor een ideale sfeer.

A Winged Victory speelde vervolgens een eigen interpretatie van een nog onbekend nummer, dat volgens O'Halloran binnenkort op de nieuwe Erased Tapes Collection zou verschijnen. En maar goed ook, dat pareltje weerhouden zou quasi crimineel zijn. Het publiek was overweldigd, na het einde van elk volgend nummer durfde niemand geluid maken, laat staan te klappen. Ze namen wat gas terug met een iets minder nummer (hun enige minpuntje in de set), waarna ze hun versie van Gavin Bryars' Jesus' Blood Never Failed Me Yet brachten, een nummer vooral bekend geraakt door Tom Waits. Ze haalden nog één keer verwoestend uit met het tien minuten lange A Symphony Pathetique. De tranen stonden vermoedelijk niet enkel in mijn ogen.

De vrees vooraf dat het misschien wat saai kon worden, bleek totaal ongegrond. De bijna dreunende strijkers verhief elk nummer naar een hoger niveau, ze pakten uit met onbekende nummers en gooiden er wat verrassingelementen in, zoals het tikken op het hout van hun instrumenten als intro. Geen woorden kunnen die 45 minuten adequaat beschrijven. Mocht het hier een band betreffen in een populairder genre, zou de eindconclusie heten: "Hier gaan we ongetwijfeld nog veel van horen". Het zal vermoedelijk bij een underground cultgroep blijven. Klassiek (Dustin O'Halloran) meets "pop" (Adam Wiltzie) zoals nooit tevoren.

Olafur Arnalds

Terwijl AWV met een vijftiental mensen op het podium stond, begon Olafur Arnalds op zijn eentje. Hij had de ondankbare taak zijn voorgangers waardig op te volgen, en had het daar aanvankelijk lastig mee. Met hilarische bindteksten (een bescheiden IJslander met zwaar accent die zijn banale belevenissen komt vertellen, zoals de sausjes die hij die dag had geprobeerd op zijn frieten) onderscheidde hij zich en vormde hij een contradictie met zijn soms dieptrieste muziek, en maakte hij zijn gig wat luchtiger. Helaas functioneerde hij bij de eerste nummers meer als DJ, die meer op knopjes duwde dan op zijn eigen piano speelde.

Hij miste zijn kompanen duidelijk, en met elke nieuwe gastartiest die erbij kwam (waaronder Anne Muller en Nils Frahm), groeide zijn concert. Door synchronisatieproblemen verknoeiden ze Allt varð hljótt een beetje, maar even nadien zette de violist alles recht met een briljante solo-uitvoering van 3326. Olafur Arnalds bracht vervolgend wat hij noemde The Cello Song met celliste Anne Müller, en de vooraf opgenomen drums beukten bij Gleypa Okkur in ieders ziel. Voor zijn laatste nummer was hij weer op zichzelf aangewezen dachten we. Nochtans bevatte zijn laatste nummer normaal ook strijkers. En inderdaad, terwijl hij stiller en stiller speelde, weerklonken uit de verre kleedkamers plots een viool en een cello. Het publiek was verrast. Na dit laatste nummer bleef het nog 10 tellen stil, voordat iemand een eerste klap aandurfde.

Olafúr Arnalds overtuigde niet helemaal, begon wat aarzelend en moest opboksen tegen een sterker "voorprogramma". Maar eenmaal op dreef en de effectjes achtergelaten, bracht hij toch een meerwaarde live ten opzichte van zijn cd's. En dat zijn stuk voor stuk pareltjes.

Nils Frahm

En dan moest er nóg een grote naam komen. Volgens de organisatoren zelfs de grootste naam. Nochtans presteerde hij van de drie het minst naar onze mening, maar dat hoeft niet per se aan hemzelf te liggen. Hij stak van wal met het verhaal over zijn gebroken duim, en dat hij tegen doktersadvies toch zijn tournee afwerkte. Enkel drummen mocht hij nog van zijn dokter, waarna hij met paukenstokken zijn piano bewerkte tot een melodies en ritmisch straf werkje.

Hij werkte nadien het grootste deel van zijn concert alleen af, zoals hij dat ook op plaat doet. Enkel hij en zijn piano. Olafur Arnalds kwam even de gunst retourneren en hielp hem bij een pianoduet, en ook Anne Muller kwam andermaal de kleedkamer uit om het mooiste nummer van de set te brengen[1]. Zijn solonummers bleken wat moeilijker te zijn, iets minder toegankelijk, waardoor de aandacht af en toe wat weggleed van de muziek. Tot hij uiteindelijk met zijn opvallend lange eindnummer op twee piano's tegelijk zich volledig op zijn muziek stortte. De overgave die van heel zijn lichaam afspatte gecombineerd met de opzwepende harde klanken van zijn stuk bracht voor de laatste keer alle energie in het publiek naar boven. Toch nog dat wauw-gevoel!

A Winged Victory For The Sullen + Olafur Arnalds + Nils Frahm

Er stond nog een grote verrassing klaar, je wordt maar één keer vijf jaar uiteraard. Met z'n allen kwamen ze terug op het podium, niet enkel om het publiek te groeten, maar om nog een laatste nummer te spelen. En hoe! Er was zoveel activiteit op en voor het podium dat alles beschrijven onmogelijk is. Drums, beats, synths, gitaren en strijkers versmolten in een groot kunstig geheel. De muzikanten van A Winged Victory kwamen vervolgens door het publiek heen stappen (Gyda, het prachtige meisje van A Winged Victory had het lastig met haar cello, maar hield nipt haar evenwicht). Vervolgens kwam het echte afscheid, met staande ovatie van het publiek.

Hun samenwerking vormde dus niet enkel drie afzonderlijke concerten, ze vormden een club van bevriende artiesten die mekaars muziek aanvulden en naar een hoger niveau tilden. Prachtig om zien. Alleen jammer dat, het laatste collectieve nummer uitgenomen, het hoogtepunt in het begin van de show lag en het niveau langzaam zakte. Al is dat op dit niveau relatief natuurlijk.
 
Maarten





[1] bij gebrek aan kennis van de nummers kan ik geen namen vermelden
 

donderdag 18 oktober 2012

Voor elk wat wils.


Dagelijks duiken er op het internet enorm veel nieuwe nummers en remixes op, haast te veel om bij te houden. Om het allemaal wat overzichtelijk te houden, proberen we af en toe enkele hoogtepunten hieruit te bundelen op onze blog. Deze keer is de volgende selectie uit de bus gekomen:

- Atlas Genius - Symptoms (Wild Cub remix)
Een uiterst geslaagde remix van het sowieso al schitterende origineel (ook een grote aanrader!) van Atlas Genius. Ruikt nog geen heel klein beetje naar Miike Snow.



- Clock Opera - Once and for all
De nieuwe single van één van de (terechte) hypes van het afgelopen jaar, opnieuw een heel sterk nummer.


- Strange Talk - Cast away
Australisch electropop-bandje dat met deze single (met fantastische intro!) eigenlijk wel een hitje verdient.




- Peace - Bloodshake
Hipstervoer, typisch Brits nieuw bandje dat wil klinken als Foals en dergelijke, een pak minder sterk dan die laatste maar toch net voldoende om hier een vermelding te krijgen.



- Jake Bugg - Lightning bolt
Very Bob Dylan, hij klinkt ongeveer 3 keer zo oud als hij is, maar zeker in Nederland (het clipje werd ook opgenomen in Amsterdam) scoort hij wel al een klein hitje. Voor de liefhebbers.


Gabriel Bruce - Perfect weather
Heel speciale, diepe stem, Bauhauss-achtig, moeilijk te omschrijven verder (zelf eens luisteren is dus aangeraden), alweer voor de liefhebbers waarschijnlijk.


Elementary Pinguins - Everybody knows my name especially on the dance floor
Het moeten niet altijd Kraantje Pappie of Anouk zijn qua Hollandse muziek. Prettig retro poprockliedje, niet heel speciaal, maar kom, 't is de eerste keer dat we zo'n overzicht posten, schoonheidsfoutjes zijn nog toegestaan.



Corneel

Discovery: Boy


Boy


We zijn niet al te grote fans van Duits-Zwitserse allianties maar in het geval van Boy maken we graag een uitzondering. De tweekoppige meidenband, voor de volledigheid geven we u mee dat de dames Valeska Steiner en Sonja Glass heten, hebben hun eerste album, Mutual Friends, al uit en dat album tovert geheid een lach op je gezicht. Met het nummer Little Numbers maakte het duo een potentiële wereldhit.

De twee dames ontmoetten elkaar tijdens de opleiding popmuziek aan de Hochschule für Musik und Theater in Hamburg en speelden aanvankelijk enkel exclusieve concerten op privéfeestjes. Daar kwam een einde aan toen het duo ontdekt werd door Grönland Records, het platenlabel van Herbert Grönemeyers (die naam hoeft u echt niet te onthouden), waar ze hun debuutalbum Mutual Friends uitbrachten.

Je kan de muziek van Boy het best omschrijven als een mix van Feist, Bon Iver en Phoenix, al doet zo’n vergelijking de originaliteit van de dames onrecht aan. De meiden spelen al hun instrumenten zelf, niet dat dat zo speciaal is, we verwachten niet anders, maar toch doen de dames af en toe beroep op andere muzikanten zoals Thomas Hedlund, de drummer van Phoenix.



Het beste nummer van het tweetal is ongetwijfeld Little numbers, maar ook Drive Darling en Waitress zijn echte pareltjes. Die laatste begint als een aanklacht tegen de manier waarop sommigen serveersters behandelen, later in het lied laten de dames zich ook verleiden tot een woordspelletje dat resulteert in een humoristische beschrijving van de eentonigheid van de job van serveerster.

Als je van plan bent naar de muziek van Boy te luisteren, kunnen we dat alleen maar aanmoedigen, maar weet wel waar je aan begint. De meeste nummers van het tweetal zijn echte oorwurmen die je lange tijd zal blijven neuriën, zingen of wat je ook doet als er een liedje in je hoofd zit. Boy is een beleving door hun scherpe, grappige teksten en het charisma dat beide dames uitstralen.

 

 
Aron